Imrama
Imrama* is een Iers woord. Van origine betekent het rond-reizen. Niet over land of door de lucht maar over zee. Van een vasteland naar een eiland en weer terug, afvaart en wederkeer: een navigatio. Van oudsher stonden Ierse geleerden bekend om de beoefening van dit soort tochten. De intentie: een les in alertheid, onderricht in de tekens van het ongewone, vooral bedoeld om iets op te steken van de eigen tijd en de eigen omgeving, in geografisch, spiritueel en ook in intellectueel opzicht. Later werd de term overdrachtelijk, de naam van een genre: alle verhalen met ‘zee’ in de hoofdrol. Inmiddels is Imrama de naam van het hoofdkwartier van Wadgasten, een klein huisje in de duinen van Terschelling. Daar houdt Bran, gedroomde wegbereider van Brandaan, de wacht. Wat deze middeleeuwse zeezwervers zochten, kreeg een naam: the other world. Vertaald als Anderland, soms een eiland, dan weer een eilandenrijk, een archipel. Altijd fictie, geofictie. Geen onmogelijke maar een mogelijke plek. Anderland is de denkbeeldige tegenhanger van al die normale, o zo vertrouwde plaatsen uit de beschreven wereld van de werkelijkheidszin. Mogelijkheidszin is een mooie houding. Twijfel, reis, kijk met eigen ogen, speculeer en herschrijf dat wat is voor-beschreven.
*Imrama of Immrama?
Volgens www.irishgaelictranslator.com is de hedendaagse spelling “iomramh”. In oud-Iers zijn vele spellingen te vinden als “imram”, “immram” en meer. (/translation/topic73733-10.html)
Als begrip voor een specifieke verhaalvorm sluipt het woord andere talen binnen in verschillende spellingen.
Plaats bepalen
Twaalf veldposten. Twaalf perspectieven, bij elke veldpost past een trefwoord en een gids. Twaalf topografieën op zo’n manier beschreven dat de passant kennis maakt met de inspirerende kracht ter plekke. De veldposten zijn niet alleen reisdoel, het zijn haltes in de open lucht, way points en route, de weg wijzend naar de world at large. Ze bieden uitzicht en zoeken inzicht.
Ons werk is verbindingswerk, veldposten verknopen met lijnen: zichtlijnen, tijdlijnen, verhaallijnen. Lijnen leggen verbanden. Binnen-eilands, en vooral buiten-eilands, binnen-zees en buiten-zees. Naar andere tijden en andere kusten waar andere mensen verblijven, met andere tradities, talen en ideeën. We zijn op zoek naar relaties. De uitkomst van dat spel met lijnen? Een dynamische wereldkaart van werelderfgoed Waddenzee, verknoopt met de Noordzee die eens een groots koloniaal kruispunt was van scheepsbewegingen. Op die zee – zien wij anno 2017 – worden vergrijsde krijtlijnen opnieuw onderstreept. Rivaliserende omme-landen betwisten elkaar – als vanouds, zo lijkt het – de rechten op vis, olie, gas en wind. Herverkaveld en wel kijkt die Noordzee steeds vaker naar het (hoge) noorden waar nog meer olie, gas en wind verwacht mag worden. Dynamiek alom. Eilanden wandelen, duinen verstuiven en eb wisselt met vloed. De aarde wentelt om een as die wiebelt. De temperatuur stijgt. Klimaatzones verglijden, continenten kantelen, de bodem daalt, en zeespiegels rijzen. Totdat … eens zal een nieuwe ijstijd de Noordzee en Waddenzee weer doen opdrogen. En ooit … ooit zullen de magnetische polen hun zuid en noord verwisselen. Zelfs de oudste paden – de trekroutes door de lucht – zullen kenteren.
Plaats-bepalen – oriënteren – is een wankele zaak. Ook in culturele zin. Wat is hier, wat is daar? Wat is het verschil tussen binnen en buiten, tussen thuis, huis, haard en elders? Wat is ‘onze’ streek, het streekeigene? Waar begint het noorden, waar het hóge noorden? De bi-polaire wereld van de Koude Oorlog, eens een harde grens tussen oost en west, lijkt fluïde. Wie vriend is en wie vijand, die keuze is niet meer op voorhand beslist. Iedereen is on line, zwemmend in een mateloos geglobaliseerde data-zee. Overal bereik, we denken meer te zien dan ooit tevoren. Elke minuut biedt breaking news, real time. Coalities veranderen dan ook met de dag. Navigeren is al even wankel: hoe te reizen, waarheen en met wie? Zoiets als wereldoriëntatie is een gewilde kunst. Oriënteren en navigeren: werelderfgoed Waddenzee is daarvoor een geschikte oefenplaats. Met als uitvalsbasis Terschelling … ‘eiland op de grens’; schelling zeggen etymologen, verwijst naar scheiding, grenslijn. Op en voorbij die grens begint het speurwerk: expediëren, exploreren, omzwerven en terugkeren: imrama. Steeds alert, vaak vrijpostig, soms ironisch, altijd op zoek. De kleine zijzee van de Noordzee die dan in beeld verschijnt, blijkt wereldzee.