Griend
Wadlopen
Het jaar 1287, storm en watergeweld – gedoopt Sint Luciavloed, naar Lucia van lux dat licht betekent – kostte zo’n 50.000 slachtoffers. De ‘baten’ van deze catastrofe: een aangevreten veenmoeras omgetoverd in een intergetijde-gebied dat voortaan door het leven ging als Zuiderzee, aan de Noordzeekant omzoomd door zanderige eilanden – lange tijd Noordzee-eilanden genaamd. Griend is een van de weinige echte Wadden-zee-eilanden. Ooit was Griend, Grien, ook wel Grint, een zandbult met daarop een paar huizen. Gestuwd door water en wind wandelde het een zuid-oostwaartse koers. Griend verdween, en verscheen. Het liep weg van de plaats waar het ooit de geschiedschrijving betrad als zeewaartse stapsteen, benut door kloosterlingen die wilden ontsnappen aan een gewijd bestaan op het vasteland. Steeds werd het kleiner. Een eeuw lang (na 1916) wordt het eiland gekoesterd en geholpen. Inmiddels is het een waterstaatkundig hoogstandje. Bestempeld als vogelparadijs, bekroond met kijkhut, onderkomen voor een broed-seizoens gebonden verblijf van vogelwachters. Griend is de benijdenswaardige, want verboden habitat van vogelkijkers die vogels kijken in hùn habitat. De cultuurfilosofische kant van onze kijk op mensen die kijken naar dieren (en planten) die terug-kijken, houdt ons bezig.
Sinds zijn desastreuze ontstaan is de bodem van de Waddenzee eigenlijk nooit met rust gelaten. De grond zit vol met gaten. Geboord voor het bodemonderzoek van de Zuiderzee-vereniging bijvoorbeeld. Daarna gasonderzoek, zout. Recent het raster van 4.200 putten door SIBES (een co-creatie van NIOZ en NAM). Bij elkaar opgeteld, ontelbare kraters in het klein, blijkt de vloer van de zee een gaatjesboard met een onnavolgbaar patroon. De vraag: ‘wat valt er nu precies onder het UNESCO-predicaat werelderfgoed Waddenzee?’ De officiële omschrijving benoemt een flinterdunne laagje: 15 meter boven NAP, 15 meter er onder. Dieper liggen bodemschatten: water, zout, warmte, magnetisme, blijkbaar te diep om werelderfgoed te heten. Ook onzichtbaar voor het blote oog, olie en gas, ooit plantenresten, hun respectabele leeftijd van 300 miljoen jaar ten spijt: geen werelderfgoed. De slapende vulkaan van Vlieland, een grote krater de helft zo jong, ongeveer 150 miljoen jaar, ook deze unieke chronotoop is geen werelderfgoed. En de wolken? Zelfs de vogels die opvliegen boven de grenslijn van 15 meter?
Gids: Jan Abrahamse (1937-2013)
Jan Abrahamse was wadloper van het vroege uur, sociaal-geograaf, eerst als cartograaf werkzaam voor de Bosatlas. Vanaf het midden van de jaren 1960 werd hij dé schrijver van het Waddengebied. Abrahamse was mede-oprichter van de Vereniging tot Behoud van de Waddenzee (1965), van het Waddenbulletin en van het tijdschrift Noorderbreedte (sinds 1977). Wij vermoeden dat Abrahamse de hand had in een voorbeeldige veldtrip. In juni 1968 kregen 40 leerlingen met een tien voor aardrijkskunde op hun paasrapport, les van prof.dr. Ferhan Ormeling, hoofdredacteur van de Bosatlas. Aan boord van een DC3 vloog dit leergierige gezelschap vanaf vliegveld Eelde over het noorden van Groningen, tegen de klok in over het Waddengebied, en terug. Uit het Geografisch Tijdschrift: “Ormeling was voor de gelegenheid uitgerust met een megafoon van de Groningse politie … Rusteloos bewoog hij zich tussen stuurboord en bakboord heen en weer om toch geen enkel programmapunt (te missen): de industrialisatie op basis van zout en aardgas, het Eemshavenproject, het Hoge Land en zijn problemen, de Landaanwinning langs de Waddenkust, de toekomst van de Wadden, de Lauwerszeewerken enz. Geduldig draaide de vlieger een extra rondje wanneer het toestel de spreker te vlug af was.” Wij voorzien een re-enactment, juni 2018, de oblique blik een halve eeuw vliegles verder.
“Walking across the Wadden Sea tidal flats, we are just a few hours before it was covered by metres of water, surrounded by an endless sky that meets the sea at a distant horizon, is an unforgettable experience. Its is a truly magical place – come and enjoy with us a life-changing experience of nature … welcome to the Wadden Sea World Heritage.”
Slotzin uit het dankwoord van Nederland en Duitsland, uitgesproken te Sevilla, tijdens de 33e Sessie van de UNESCO World Heritage Committee (juni 2009).